Op 7 oktober ging de langlopende bezetting van de Palestijnse gebieden een nieuwe fase in. De wrede aanval van Hamas vanuit Gaza heeft de geweldspiraal in een versnelling gebracht. Deze zal niet alleen het leven aan duizenden onschuldige mensen kosten en het Gaza-getto herscheppen in een desolate ruïne, maar kan ook het Midden-Oosten mogelijk in brand zetten en een grootscheepse verdrijving van het Palestijnse volk tot gevolg hebben.
Wie het conflict al langer volgt of de regio bezocht heeft, weet hoe uitzichtloos de situatie voor het Palestijnse volk is. Vernederingen, willekeurige arrestaties (gijzelingen) en martelingen (ook van kinderen en adolescenten), confiscatie van huis en land, geweld en dood zijn dagelijkse kost voor de bewoners van de Bezette Gebieden en Gaza. De cijfers van de Israëlische mensenrechtenorganisatie B’Tselem zijn schokkend:
- Tussen 29 september 2009 en 6 oktober 2023 zijn er 10559 Palestijnen (waarvan 1859 jonger dan 16 jaar) gedood door het Israëlische leger en 96 Palestijnen door Israëlische burgers. In dezelfde periode werden 881 Israëlische burgers (waarvan 122 jonger dan 16 jaar) en 449 Israëlische militairen gedood door Palestijnen.[1]
- In juni 2023 bevonden zich 1002 Palestijnen in Israëlische gevangenissen zonder veroordeling of aanklacht (waarvan 651 voor langer dan 3 maanden).[2] Over dergelijke administratieve opsluitingen schrijft B’Tselem: “Officieel is administratieve detentie een preventieve maatregel die bedoeld is om te voorkomen dat de gedetineerde een overtreding begaat die hij of zij van plan is te begaan. In werkelijkheid gebruiken de Israëlische autoriteiten het echter ook om politieke activisten te arresteren en als een snel en gemakkelijk alternatief voor strafvervolging, waarbij de noodzaak om schuld te bewijzen en een rechtszaak te houden wordt omzeild. In tegenstelling tot een gevangenisstraf kan administratieve detentie herhaaldelijk en voor onbepaalde tijd verlengd worden, zodat gedetineerden en hun families nooit weten wanneer de detentie zal eindigen en gedwongen worden om maanden of zelfs jaren in onzekerheid te leven.”[3]
- Daarnaast zijn er de duizenden Palestijnen die door militaire rechtbanken veroordeeld worden. Die rechtbanken, aldus B’Tselem, zijn niet neutraal maar één van de vele instituties die de controle over de Palestijnen moeten verzekeren.[4] Onder die duizenden gevangenen bevinden zich ook kinderen tussen 12 en 18 jaar oud. De Palestijnse afdeling van de NGO Defense for Children berekende, op basis van officiële Israëlische cijfers, dat er tussen 2016 en 2020 jaarlijks gemiddeld 263 kinderen tussen 12 en 18 jaar oud worden vastgehouden.[5]
Dit zijn slechts enkele cijfers die een partieel beeld geven van de dagelijkse terreur waaraan Palestijnen in Israël en de Bezette Gebieden worden blootgesteld. Het Palestijnse volk heeft de afgelopen decennia elke mogelijke tactiek uitgeprobeerd om zich aan de bezetting en het daarbij behorende koloniale geweld te ontworstelen. Of het nu om gijzelingen, bomaanslagen, geweldloze burgerlijke ongehoorzaamheid of boycotacties ging, steeds werden zij geconfronteerd met de ijzeren vuist van de Israëlische staat. De Osloakkoorden die uitzicht moesten geven op een soevereine Palestijnse staat zijn dood en begraven. In plaats daarvan is er verdere kolonisering van de Westelijke Jordaanoever, de installatie van een getto in de Gaza-strook en een permanente ondergeschikte positie van Israëlische staatsburgers van Palestijnse afkomst.[6]
Binnen de internationale gemeenschap heeft het Palestijnse volk nauwelijks statelijke verdedigers, noch in het Westen, noch binnen de Arabische wereld. Het dagelijkse geweld waaraan Palestijnen bloot staan, wordt, in tegenstelling tot het geweld van Hamas, nauwelijks vermeld of veroordeeld, laat staan dat er maatregelen worden genomen om dat geweld te doen stoppen.
De terechte veroordeling van de blinde en willekeurige terreur van de Hamas-aanval mag ons niet blind maken voor het koloniale geweld en de terreur waaraan de Palestijnen zijn blootgesteld. Wie vandaag de terreur van Hamas in een bredere context plaatst, krijgt al snel het verwijt te relativeren. Door de aanval van Hamas als een geïsoleerde uitbarsting van gratuit geweld te beschouwen is er echter alleen maar ruimte voor (eenzijdige) morele veroordeling. Maar morele verontwaardiging is geen substituut voor analyse en dat is noodzakelijk om tot een politieke oplossing te komen.
Het mag ons niet doen vergeten dat de Palestijnen wel degelijk recht hebben om zich te verzetten tegen een onwettige bezetting en een uitzonderingstoestand waarin ze gedwongen leven. Masereel was een overtuigd anti-militarist en het Masereelfonds is dat ook. Maar vrede kan niet zonder gerechtigheid en gerechtigheid kan niet onder een illegale bezetting. Solidariteit met het Palestijnse volk is geen solidariteit met Hamas, is geen antisemitisme of het goedpraten van blinde terreur.
Deze nuance ontgaat echter een deel van de Belgische en Europese beleidsmakers, die bijgevolg kiezen voor onvoorwaardelijke steun aan Israël. Sterker nog, ze proberen solidariteitsbetuigingen met het Palestijnse volk te criminaliseren: in Frankrijk werden een tijd lang alle solidariteitsbetogingen verboden en in Duitsland werd in bepaalde steden het dragen van een kufiya de facto verboden. Nog in Duitsland werd tijdens de Frankfurter Buchmesse besloten de uitreiking van een literaire prijs voor de Palestijnse auteur Adania Shibli uit te stellen. Stemmen die ingaan tegen deze eenzijdige stellingname ten voordele van een bezettend land, worden ook in ons land bedreigd. Zo liet Jan Jambon weten dat er een onderzoek moet komen naar Vrede vzw en De Wereld Morgen met het oog op het schrappen van subsidies. Dergelijke aantasting van basale democratische rechten is onaanvaardbaar. Ik denk dat ik in naam van het Masereelfonds mag zeggen dat wij, net als Masereel, de kant blijven kiezen voor de onderdrukten en niet voor de onderdrukkers: in Vlaanderen, in België, in het Midden-Oosten en in de wereld.
Het aantal dodelijke slachtoffers van de aanval op Gaza is enorm. Al Jazeera berekende dat er tussen 7 en 25 oktober, in Gaza elk uur 15 mensen (waarvan 6 kinderen) gedood worden.[7] Het is duidelijk dat deze slachting niet zal stoppen zolang er geen zware externe druk op Israël komt om onmiddellijk een staakt-het-vuren af te kondigen. De Europese Unie komt voorlopig niet verder dan te eisen dat er “humanitaire pauzes” komen in de bombardementen. De enige manier om de internationale gemeenschap te dwingen om doortastend op te treden tegen het geweld tegen burgers is een mobilisatie van het middenveld. Als Masereelfonds sluiten we ons dan ook aan bij de nationale en internationale beweging die eist dat er een onmiddellijk staakt-het-vuren komt en een vrijlating van alle gijzelaars en politieke gevangenen. Enkel zo kan het humanitaire drama dat zich vandaag ontvouwt in de Palestijnse gebieden gestopt worden.
Het stoppen van het humanitaire drama dat zich nu afspeelt, volstaat echter niet. Na meer dan 70 jaar moet er eindelijk werk worden gemaakt van een langdurige politieke oplossing van het probleem. Het is aan ons, om samen met een brede internationale beweging, voldoende druk uit te oefenen op beleidsmakers om de wortels van het probleem aan te pakken en een einde te maken aan de uitzonderingstoestand waaraan de Palestijnse bevolking al meer dan 70 jaar is onderworpen.
[1] https://statistics.btselem.org/en/all-fatalities/by-date-of-incident?section=overall&tab=overview (De cijfers lopen tot vlak voor de aanval van Hamas.)
[2] https://www.btselem.org/administrative_detention/statistics
[3] https://www.btselem.org/administrative_detention
[4] https://www.btselem.org/military_courts
[5] https://www.dci-palestine.org/military_detention
[6] https://www.btselem.org/publications/fulltext/202101_this_is_apartheid
[7] https://www.aljazeera.com/news/longform/2023/11/1/know-their-names-palestinians-killed-in-israeli-attacks-on-gaza